Boule: metalen bal
But: het kleine houten balletje
Carreau: een boule wegschieten en de eigen boule blijft op die plaats liggen
Donnée: de plaats waar men de boule wil laten neerkomen
Fanny: verliezen met 13 - 0
Tireur: een bouler met als specialiteit: schieten
Pointeur: een bouler met als specialiteit: plaatsen
Milieu: de middelste bouler in een triplette, oftewel iemand die zowel kan plaatsen als schieten
Doublette: team bestaande uit 2 spelers (men speelt dan met 3 boules per persoon)
Triplette: team bestaande uit 3 spelers (men speelt dan met 2 boules per persoon)
Mène: werpronde, begint met het uitwerpen van de but en eindigt als alle boules gespeeld zijn
Cirkel: plaats van waaruit men werpt, met een doorsnede van minimaal 35 cm en maximaal 50 cm
Melee: Wedstrijdvorm waarbij de partner(s) door loting word(t)en bepaald